Indonesia and Bali adventure trip with mom & Mieke

16 februari 2015 - Boracay, Filipijnen

 

Hallo allemaal,

Maandag 29 december was het tijd om afscheid te nemen van ons geliefde land Australië en door te gaan naar het volgende hoofdstuk in onze reis; namelijk Azië, te beginnen in Bali. Een raar gevoel om afscheid te nemen van dit fantastische land, waar we een jaar hebben doorgebracht en wat echt voelt als ons tweede thuis land. Maar aan de andere kant keken we er ook erg naar uit, omdat we de laatste dagen rondom Darwin erg veel regen hadden gehad (regenseizoen) en we wel weer zin hadden in de zon. En natuurlijk het vooruitzicht dat mama en Mieke ons zouden komen bezoeken. 

—————

De oplettende lezer van onze blog zal hebben opgemerkt dat er een groot gedeelte mist in onze verhalen. Namelijk het gedeelte na Fiji en voor Indonesië. Een belangrijk gedeelte in onze reis waar we van Brisbane naar Cairns zijn gerezen, onze campervan hebben verkocht en vervolgens van Adelaide via Uluru naar Darwin zijn gerezen. We hebben dan ook super veel meegemaakt tijdens deze trip, maar helaas niet voldoende tijd gehad om dit alles te beschrijven in een blog. Zoals ook aan deze blog is te zien zijn de verhalen altijd erg uitgebreid en kost het behoorlijk veel tijd om ze te schrijven. Vandaar dat we hebben gekozen om met de blog over Indonesië verder te gaan, om niet steeds verder achter op schema te raken, en ondertussen rustig door te werken aan de blog over Australië. Deze komt dus nog wel een keer, ooit! Wel staan de foto’s van onze avonturen tijdens deze trip online in de mapjes ‘The East Coast: Brisbane to Cairns’ en ‘The Outback: Adelaide to Darwin’. 

—————

Vanuit Darwin vlogen we maandag 29 december om 00.35 uur naar Denpasar, Bali. Hier kwamen we midden in de nacht aan, waar we vanaf het vliegveld een taxi hadden genomen naar ons hotel in Kuta (Poppies Lane 2). Onze Franse vrienden (ontmoet tijdens de Fraser Island tour en later weer in Cairns) verbleven hier en hadden voor ons een kamer geboekt. We zijn direct het bed ingedoken, want we waren kapot van de reis (ook al was de vlucht niet lang). De volgende dag, zaten onze Franse vrienden ons al op te wachten bij het ontbijt, leuk om ze weer te zien! Tot ons ongenoegen regende het, maar we hadden goede hoop dat het beter zou worden. De Fransen vertelden ons namelijk dat zij bijna geen regen hadden gehad, en ze zaten er al 2 weken. Ze hebben ons Kuta laten zien en ’s avonds hadden ze ons meegenomen naar een Frans restaurant waar we echt verrukkelijk hebben gegeten. We moesten er wel wat voor over hebben om bij het restaurant te komen. We hadden namelijk een taxi genomen, maar we kwamen geen stap vooruit. Het was nog drukker dan normaal in Kuta (vlak voor oud & nieuw) en het verkeer stond helemaal vast. Uiteindelijk hadden we besloten de taxi uit te stappen en een scooter te nemen, achterop bij de Indonesiers, doodeng!! Dat was wel één van de punten waar we aan moesten wennen; het verkeer, wat rijden ze hier als kippen zonder koppen!!

De volgende dag namen we de boot naar Gili Trawagan (één van de Gili eilanden), omdat we daar oud & nieuw wilden vieren. We namen hierbij een gokje, want we konden via internet geen beschikbare accommodatie meer vinden (alles zal vol), maar we gingen er van uit dat niet alle hostels een website zouden hebben. En dat was ook zo, al snel hadden we een mooie kamer gevonden. Ze hadden hier zelfs een aapje als huisdier, Oscar, super schattig. Het was mega druk op Gili Trawagan! Topdrukte langs de boulevard, enorm veel backpackers en de paarden maakten overuren. Wij namen bewust geen paard (en wagen), omdat we zagen hoe deze beesten mishandeld werden. Ze stonden dag en nacht met een kar achter de kont, de kar was altijd te zwaar beladen en ze werkten in de bloedhitte, echt zielig! Zo zagen we een paard en wagen die helemaal volgeladen was met Bintang bier, de kar was zo zwaar dat het arme beest nog maar net bij de grond kon komen (hilarisch en zielig tegelijk). Nadat we onze spullen in de kamer hadden gedropt, en een stukje langs de boulevard hadden gelopen, vonden we al snel een duikschool waar we een duik hadden geboekt voor de volgende dag. We deden die dag 2 duiken, waarbij we een boel marine live hadden gespot, erg mooi! Die avond was het oud & nieuw. We zijn rond de namiddag begonnen met wat drankjes bij het zwembad (poolparty) en ’s avonds naar een club geweest, waar we onder andere flink hebben gedanst met de locals (die stonden echt de hele avond op de dansvloer). Het was erg leuk en gezellig, maar natuurlijk niet zo spectaculair als oud & nieuw in Sydney.

De twee dagen erna hebben we lekker rustig aan gedaan en genoten van het mooie eiland. De vorige duiken waren zo goed bevallen, dat we 3 januari beide nog 2 duiken hebben gedaan. Kim heeft haar laatste twee specialiteiten (ze had er al 3) ’Navigation’ en ‘Perfect Peak Buoyancy’ gedaan, waardoor ze nu ook een Advanced Diver is. Bas is inmiddels Rescue Diver. Deze course heeft hij in Australië gedaan, een pittig maar erg leuke course waar we nog op terug komen in onze laatste blog van Australië. Op de boot liet Bas op een gegeven moment vallen dat hij graag een zeepaardje wilde zien. De duikinstructeur liet weten dat die zich wel in de omgeving bevonden, en ja je raadt het al, toen moesten we nog een duik maken (heel vervelend). De volgende dag nog één duik gemaakt, waarbij we het zeepaardje hebben gespot. Geen foto helaas, want ze waren zo ini mini klein, dat ze nauwelijks zichtbaar waren voor het blote oog. Na de duik heeft Kim (voor Bas was het te warm) een fietstocht gemaakt met de twee Fransen. Het eiland is zo klein dat je dit in een uurtje kan doen. Vervolgens hebben we de boot genomen naar Gili Air. Helaas kregen we hier een enorme regenbui over ons heen. Met name Kim was zeik, maar dan ook zeik nat. Gili Air lijkt wel op Gili Trawagan, alleen was het hier een stuk rustiger en waren en een stuk meer Nederlanders. Er was zelfs een Nederlandse duikschool die een advertentie bord in het Nederlands hadden staan, het moet niet gekker worden! Ook zijn beide eilanden behoorlijk vervuilt, zo veel troep overal, maar dat kun je over heel Indonesië eigenlijk wel zeggen.

Op Gili Air zijn we maar 1 dagje gebleven. Maandag 5 januari vertrokken we met de boot naar Lombok. Hier aangekomen hadden we vervoer nodig naar een hostel in Kuta. Dit bleek lastiger dan gedacht, we wilden het namelijk voor een bepaalde prijs, waarvan we wisten dat dit redelijk was (je leert hier goed afdingen), maar ze speelden een spelletje met ons. Elke keer wanneer we iemand hadden gevonden die het voor die prijs wilde doen, kwam er iemand anders bij staan en zei dat die prijs te laag was. Het was de locals tegen ons. Op een gegeven moment hadden we iemand gevonden die het voor die prijs wilde doen, hij moest alleen het busje nog even regelen. Wij wachten, het duurde en het duurde, en toen kwam daar een oud, gammel, krakend, half uit elkaar vallend, jaren 60 busje aangereden. Iedereen in de haven, inclusief onszelf, moest enorm lachen: ‘Haha, is dat jullie vervoer!’ Uiteindelijk hebben we best een goede rit gehad, we konden zelfs liggen. Onderweg hebben we de eerste aapjes gespot (die zaten te chillen op de vangrail) en zagen we hoe mooi en groen Lomblok is. In Lombok hebben we bijna een week doorgebracht (voornamelijk omdat we op mama en Mieke moesten wachten). Onze Franse vrienden zaten hier, net zoals de meeste backpackers in het hostel, met name om te surfen. Wij hadden dit na één keer wel gezien, veel te veel paddelen (wordt je moe van). Toch was het een prima hostel om te verblijven, het was goedkoop (€7,- per nacht, dan moest je wel zelf de wc doorspoelen met een bak water) en er waren genoeg mooie plekjes om te bezoeken. We pakten dan ook regelmatig de scooter (later crossmotor) om rond te touren door het prachtige landschap. Met name de Benang Kelambu Waterfalls waren adembenemend mooi! Wel was het altijd oppassen geblazen op de scooter: mensen rijden verschrikkelijk (er zijn geen regels, de minst bange persoon gaat eerst, alles gaat op toeteren), honden steken van alle kanten de straat over (de honden hier zijn nog gevaarlijker dan de kangaroos in Australië) en het is slalommen om de gaten en kuilen heen.

Zondag 11 januari vlogen we van Lombok terug naar Bali. De vlucht duurde letterlijk maar 10 minuten!! We waren opgestegen en Bas wilde even een dutje gaan doen, hij had net zijn ogen dicht toen de piloot omriep dat we al weer gingen landen. Kortste vlucht ever!! We hadden een kamer geboekt in Sanur, vlakbij mama en Mieke’s accommodatie. ’S avonds was het dan eindelijk zover!! Een beetje zenuwachtig (vooral Kim) stapten we in de taxi en vlak voordat we bij hun hotel aankwamen zagen we ze lopen. Snel de taxi uitstappen en knuffelen maar. Heel raar, maar heel fijn om mama weer (in het echt) te zien. Helaas hadden ze niet een hele fijne vlucht gehad, erg veel vertraging, maar daar waren ze dan! Die avond hebben we gezellig gegeten en gekletst en zijn mama en Mieke op tijd het bed in gedoken. De volgende dag hebben we Kuta bezocht; een grote, drukke stad waar met name veel backpackers zitten. De dag erna moesten wij nog een aantal dingen regelen (de was, belasting terug vragen etc.) en hebben mama en Mieke een lekker dagje op het strand gehad. Ook hadden we een auto geregeld voor de komende 7 dagen, waarmee we Bali wilden gaan verkennen.

Woensdag 14 februari reden we richting Batubulan waar we op zoek wilden naar een sieraden winkel waar ze Buddha to Buddha sieraden maakten. Al snel kwamen we erachter dat dit lastig te vinden was. Op een gegeven moment had mama tijdens het rijden, sjans met een scooter bestuurder die naast onze auto reed. We deden ons raampje naar beneden en hij vroeg ons waar we heen gingen (heel normaal een gesprek voeren tijdens het rijden). We zeiden dat we op zoek waren naar een sieraden winkel. Hij wist wel een goud- en zilver smid en kende ook de winkel van Buddha to Buddha en hij kon ons er wel heen brengen. Zo gezegd, zo gedaan. Aangekomen bij de goud- en zilver smid konden we het proces hoe de sieraden werden gemaakt zien. Wat een precisie werk! Daarna werden we de shop ingeloodst, met de bedoeling dat we wat zouden kopen. Kim had wel een leuk armbandje gezien, maar het was nog wel aardig aan de prijs. Daarnaast wilde ze eerst naar de winkel van Buddha to Buddha. De scooter man had al die tijd buiten op ons gewacht en bracht ons naar de volgende winkel. Helemaal ergens achteraf in een woonwijk, dit hadden we zelf nooit kunnen vinden. Ook hier mochten we meekijken bij het productieproces, waarbij we het zelfs vanaf het ruwe zilver konden zien. Eenmaal aangekomen in de shop was het een walhalla. Veel te veel mooie sieraden. En voor een zeer goede prijs. Kim werd dan ook erg hebberig en heeft maar liefst 3 armbanden, 2 ringen en een paar oorbellen gekocht. Ze had nog een verjaardagscadeautje te goed ;-) Ook was het die dag Paula’s verjaardag, dus die heeft ook een armband gekregen. Nadat we genoeg geld hadden uitgegeven wilde de scooter man ons meenemen naar een koffie- en thee plantage. Weer had hij al die tijd op ons gewacht en we begonnen een beetje argwanend te worden wat hij nou precies van ons wilde. Dit zou toch vast niet allemaal gratis zijn?! We besloten hem wat geld te geven, hem te bedanken en te laten blijken dat hij wel mocht gaan. Het geld wilde hij in eerste instantie niet accepteren, hij had een baan waar hij geld mee verdiende. Wat bleek nou, hij werkte op de koffie- en thee plantage en wilde ons daar graag mee naar toe nemen. Oké, wij weer achter hem aan. Eenmaal aangekomen werden we vriendelijk ontvangen en kregen we een rondleiding en demonstratie. Ze lieten ons zien hoe koffie groeit, hoe het wordt geroosterd en wordt vermalen. Ook hadden ze de beesten, Luwak genoemd, die de wat exclusievere koffie bonen uitpoept. Deze koffie is een stuk duurder. Toen was het tijd voor de proefsessie. Ik denk dat we wel 16 verschillende koffie- en theesmaken hebben geproefd, de één wat lekkerder dan de andere natuurlijk. Aan het einde kon je koffie kopen, maar dit hoefde niet. We waren toch wel verbaasd over de gastvrijheid en behulpzaamheid van de scooter man. Vervolgens zijn we doorgereden naar Ubud, waar we ook gingen overnachten. ’s Avonds zijn we naar een Barong & Keris dans geweest in de Ubud Temple. Een Balinese dans die gaat over een gevecht tussen goed en kwaad. Erg mooi om te zien. Het gepingel van de muziek van de Jostiband (de mannen zaten op een klokkenspel) werd op een gegeven moment wel een beetje irritant.

De volgende dag zijn we naar het Monkey Forest geweest, dit ligt midden in de stad Ubud, waar de apen je al voor de ingang op zitten te wachten. Het gebied is afgezet, maar de apen kunnen er in principe zo uit. Doordat ze eten krijgen blijven de meesten in het bos, maar we zagen er ook een paar die sneaky wat uit de winkeltjes stalen (eentje stal een penis flessenopener, wat hij daar nou mee moest?!). Eenmaal binnen begonnen ze ook al snel op ons te klimmen. Erg leuk, als ze lief blijven, ze kunnen namelijk erg agressief worden. Dat ervaarde Kim toen een aapje haar heel schattig aankeek. Ze zei op een liefelijke toon:’Heeeeeey’. Het gevoel was niet wederzijds en de aap begon met open mond te krijsen. Gelukkig gebeurde er niets, want we hebben ook gezien dat mensen werden gebeten. De park medewerkers liepen dan ook met een katapult rond, zodat ze konden ingrijpen wanneer het misging. Er waren ook een aantal baby aapjes, sommige konden echt net lopen, super schattig (zie foto’s)! Verder op de dag hebben we de Taman Ayun Temple en de Taman Saraswati Temple (met de lotusbloemen) bezocht. 

De dag er na zijn we richting Taro gereden, waar mama en Mieke een rit op de rug van een olifant hebben gemaakt. Wij hadden dit al een keer gedaan, dus wij zijn ondertussen met de auto wezen rond touren. Hierbij kwamen we weer langs een koffie- en theeplantage, waar we zijn gestopt, omdat we wilden zien hoe chocolade wordt gemaakt (dit had die andere plantage niet). Toen we mama en Mieke weer hadden opgehaald zijn we doorgereden naar de Tampaksiring - Holy Spring Water Temple. In het heilige water kunnen mensen een douche nemen om zichzelf te zuiveren en om allerlei ziektes en negatieve invloeden in het leven weg te nemen. Een mooie tempel om te zien, maar wij zijn zelf te nuchter om hier in te geloven, voor ons is het ‘gewoon water’. Vervolgens zijn we doorgereden naar Lake Batur. We hebben even een fotootje geschoten bij een uitkijkpunt en zijn vervolgens langs het meer naar beneden gereden. We wilden namelijk via het meer (deze route was het kortst op de kaart) naar het plaatsje Ahmed, gelegen in het oosten van Bali. Vol goede moed en met een prachtig uitzicht op het meer reden we verder. De wegen werden steeds slechter en op een gegeven moment kwamen we in een klein dorpje terecht, met smalle straatjes en waar de mensen ons al een beetje raar aankeken wat wij hier in godsnaam deden. De wegen werden nog slechter dan ze al waren en we kwamen aan bij een berg waar de weg behoorlijk stijl omhoog ging. Moesten we dit nou wel gaan doen? Terug rijden leek ook geen goede optie, we hadden al een behoorlijk lange en slechte weg afgelegd en we moesten alleen even die berg over. Daar gingen we dan. Wat bleek: de weg die we daarvoor hadden afgelegd was helemaal niet zo slecht, deze weg was nog vele malen erger! Eigenlijk kon je het geen weg noemen. Alleen maar gaten en op een gegeven moment liep hij zo stijl omhoog dat we ons afvroegen of de auto het wel kon redden. Mama en Mieke begonnen ook steeds angstiger te worden en de auto maakte geluiden waarmee hij aangaf het niet heel leuk te vinden. We vroegen een aantal locals die we tegenkwamen (die doen deze klim allemaal op de scooter) of de weg zo bleef of dat het verderop beter zal worden; nee het werd verderop beter. Oke, doorrijden dan maar weer. Tussendoor werd het dan ook beter en we dachten dan ook opgelucht adem te kunnen halen, maar nee hoor. Er kwam een gat die zo diep was dat de auto vast kwam te zitten op de helling. Hier hebben we de beslissing gemaakt om toch maar om te keren en een andere route naar Ahmed te nemen. We moesten de hele route, door het kleine dorpje en langs het meer, weer terug en het begon ondertussen al laat te worden. We kozen een restaurant met uitzicht aan het meer, maar het was donker dus we konden niets zien helaas. Daarna vervolgden we onze weg. Onderweg zijn we wel 3 keer de verkeerde straatjes ingereden (weer hobbelige wegen, vol met gaten), omdat het GPS-signaal wegviel of omdat de vrouw van de navigatie weer helemaal van slag was. Op een gegeven moment stonden we weer op een plek, ergens in de bush bush op een flinke berg (in het pikkedonker), waar we niet verder konden. Een local schoot ons te hulp en zei dat we terug moesten, en die waarschijnlijk ook dacht:’Hoe komen deze malloten hier in godsnaam zo laat op de avond terecht?!’. Vanaf dit punt besloten we dan ook geen hobbelige zandweggetjes meer in te gaan, wat de mevrouw van de navigatie ons ook vertelde, ze bekeek het maar!!

Uiteindelijk kwamen we midden in de nacht, behoorlijk vermoeid, aan in Ahmed. We hadden een kamer geboekt via booking.com. We wilden snel inchecken en gaan slapen, maar er kwam nog geen einde aan onze dag vol avonturen. Het complex zat dicht, er brandde geen licht en iedereen leek in diepe slaap. Na op deuren te hebben geklopt en rond te hebben gekeken, kwamen we tot de conclusie dat we hier niet verder kwamen. Maar… wat nu?! Het was midden in de nacht en alles zat dicht. Ook booking.com had in de omgeving geen accomodaties voor een redelijke prijs en om nu midden in de nacht te gaan boeken had ook geen zin, niemand zou dit nog zien. We besloten rond te gaan rijden om te kijken of er nog wat open was. Helaas leverde dit niets op. We vonden één plek die nog wel kamers had, maar zij hadden door dat wij een beetje wanhopig waren en weinig kans hadden om nog iets te vinden, waardoor ze een veel te hoog bedrag vroegen voor de accommodatie. Daar trappen wij niet in! Ook kwamen we erachter wat de reden was dat alle locals er niet waren, er bleek ergens een groot feest te zijn. We besloten weer terug te gaan naar hetzelfde complex om te kijken of de eigenaren misschien al terug waren van het feest. En ja, er was iemand. Ook vertelde deze persoon dat het complex volgeboekt was en ze dus geen kamer voor ons hadden. Oké, we moesten dus echt andere accommodatie zien te vinden. Toch maar weer op booking.com. We vonden accommodatie dichtbij, maar in een wat duurdere prijsklasse en besloten er heen te rijden. Dicht. Bas besloot om naar boven te lopen en trof mensen in diepe slaap. Hij maakte ze wakker en gelukkig hadden ze een kamer voor ons. Slaapwandelend begeleide de jongen ons naar onze kamer. De volgende dag kwamen we erachter dat we in een zeer mooi complex waren beland (het was donker die nacht dus we hadden niets gezien), We hadden uitzicht op zee en er was zelfs een zwembad. We hebben er dan ook nog een nachtje bijgeboekt. Die dag hebben wij 2 duiken gemaakt, 1 duik was bij het USS Liberty weck Tulamben, waar we super mooi koraal en zeer veel marine life hebben gezien. Mama en Mieke hebben een lekker dagje aan het zwembad gehad.

De volgende dag besloten we op tijd te vertrekken om naar de Ulun Danu Beratan Temple te gaan (tempel half in het water) De tempel lag ergens hoog in de bergen, dus het was een stukje rijden. Helaas regende het de hele weg en ook toen we op de bestemming aankwamen bleef het regenen. We besloten wat te eten, zodat het misschien wat kon opklaren, maar dat gebeurde niet. Uiteindelijk hebben we de tempel die dag niet bezocht en hoopten op beter weer voor de volgende dag. De volgende ochtend reden we vanuit Ubud opnieuw naar de Ulun Danu Beratan Temple (we kwamen erachter dat het vaak ’s ochtends mooi weer is en ’s middags minder word). We hadden geluk, prachtig weer! En een mooie tempel. Daarna bezochten we de botanical gardens, waar we verwachten veel mooie bloemen en orchideeën te zien. Helaas viel dit erg tegen, het park was niet bijzonder en veel bloemen waren niet in bloei. Ook begon het te regenen waardoor we besloten snel verder te rijden. We reden verder naar Jatiluwih, een omgeving met de mooiste rijstvelden van Bali. De rijstvelden zijn zelfs genomineerd om toegevoegd te worden op de Unesco Werelderfgoedlijst en ze waren werkelijk prachtig (zie foto’s)! Vervolgens zijn we terug gereden naar Ubud.

20 januari was alweer de laatste dag dat we de auto zouden hebben. We zijn richting het zuiden gereden en hebben de Tanah Lot Temple bezocht. Deze tempel ligt in zee, boven op een rots. Mooi om te zien, maar erg toeristisch. Vervolgens zijn we terug gereden naar Sanur en hebben we de auto ingeleverd. Mama en Mieke gingen weer terug naar hun eigen accommodatie en wij hebben wat meer luxe opgezocht in het Grand Mega Hotel. Een viersterren hotel met zwembad, sauna (die het niet deed!), sportschool en een luxe kamer waarbij we zelfs tv konden kijken in bad. Ja, het leven van een backpacker kan soms zwaar zijn… Mama en Mieke hadden nog 5 dagen in Bali en we besloten deze dagen bij hun te blijven (je moeder en tante komen niet elke dag op bezoek!) en even niet verder te reizen door Indonesië. Dit betekende wel dat we een nieuw visa moesten aanvragen, omdat we anders niet genoeg dagen over hadden voor de rest van Indonesië.   Dus we moesten naar de immigratiedienst. Na een halve dag op de scooter te hebben rondgereden hadden we eindelijk het immigratiekantoor gevonden (het kantoor was verhuist en het adres was niet aangepast, het bleek achteraf 10 minuten van ons hotel te zijn). Wat bleek: 1. we waren te laat, aanvragen van verlenging visa was tot 13.00 uur en 2. je moet een vliegticket hebben waarmee je kunt aantonen wanneer je het land verlaat. We werden dus gedwongen een vliegticket te boeken en daarbij dus een datum te prikken (niets voor ons, wij laten dit graag open maar goed). De volgende dag gingen we met vliegticket en de benodigde papieren terug naar het immigratiekantoor. We vulden de formulieren in en kregen een datum voor het tweede bezoek; 27 januari!! Waaat?! Dit hadden we niet verwacht, we dachten dat de aanvraag in totaal 3 dagen zou duren. Maar dit bleken 3 bezoeken te zijn, verdeeld over meerdere dagen, waardoor de aanvraag wel 7 werkdagen kon duren. Helaas pindakaas, dit betekende dat we nog wat meer dagen in Bali moesten doorbrengen, wat ook betekende dat we minder dagen over hadden voor de rest van Indonesië. 

Gelukkig konden we een aantal van deze dagen nog met mama en Mieke doorbrengen. Bijna elke dag zijn we bij ze langs geweest en hebben we samen gegeten. Ook hebben we nog lekker een dagje samen aan het strand gelegen. We zaten wel een eindje van ze af, wij zaten vlakbij Kuta en zij zaten in Sanur. We hadden een scooter gehuurd, maar daarbij riskeerden we wel elke keer een aanhouding door de politie. De politie in Bali is namelijk erg corrupt. Ze houden toeristen aan, bedenken iets wat volgens hun niet klopt en zijn uiteindelijk uit op geld. Mama had een verhaal van iemand gehoord die al 8 keer was aangehouden en elke keer moest betalen. Gelukkig zijn wij geen 1 keer aangehouden, terwijl we er soms echt langs reden en we dachten dat we aan de beurt zouden zijn. 25 januari was het tijd om afscheid te nemen van mama en Mieke, omdat ze de volgende dag in de ochtend zouden vertrekken. Mama heeft wel een traantje gelaten, maar helaas aan alle leuke dingen komt een eind. Het feit dat het grootste gedeelte van onze reis voorbij is en we ‘snel’ weer in Nederland zijn maakt veel goed. Het was fantastisch dat ze ‘langs’ zijn geweest, we ze elke dag konden knuffelen en konden laten zien hoe wij reizen door ze Bali te laten zien. We hebben een super tijd gehad om nooit meer te vergeten :-)

29 Januari (ja toen pas) konden we in de ochtend onze paspoorten en visa ophalen en zijn om 17.00 uur met een busje vertrokken richting Java. De rit duurde lang en we kwamen om 03.00 uur ’s nachts aan in Kota Probolinggo. Daar stonden we met onze backpacktassen, midden in de nacht in de middle of nowhere tussen de locals waarvan niemand Engels kon praten. Gelukkig hadden ze een local opgetrommeld die wel Engels kon en die ons maar al te graag wat tours wilde verkopen. We kwamen hier voor de Bromo vulkaan, en aangezien we nergens anders terecht konden en zeer vermoeid waren, hebben we de tours en accommodatie bij hem geboekt. Ondertussen was het al te laat om de zonsopgang diezelfde dag te doen, dus dit moest de dag erna, wat ons achteraf wel goed uitkwam. Het was in eerste instantie wel onze bedoeling om de Bromo vulkaan direct deze dag te bezoeken (dit zou ons een dag besparen), maar we waren zo moe van de reis dat we wel een dagje rust konden gebruiken. Midden in de nacht werd er een chauffeur opgetrommeld die ons naar een accommodatie bracht ergens op een berg, wat volgens de man van de tours een erg handige plek was, omdat dit op de weg naar de Bromo vulkaan lag. De accommodatie was erg basic en er was verder niet veel te doen, dus we hebben de hele dag een beetje series zitten kijken (We zijn op dit moment bezig met de serie ‘Elementery,’ we hebben  alle seizoenen van de series ‘The Walking Dead’, ‘Game of Thrones’, ‘Vikings’, ‘Arrow’ en ‘The Flash’ tijdens onze reis al gekeken). Ook bleek dat we hier echt in the middle of nowhere waren, omdat er geen enkel restaurant in de omgeving was, behalve het restaurant bij onze accommodatie. Niet een erg goed restaurant, ze konden er nog geen ei koken! Werkelijk, Kim vroeg om een medium ei, en kreeg een ei dat zo zacht was dat het witte gedeelte van het ei helemaal zacht was. Het eten in Azië stelt onze westerse maagjes al op de proef dus verstandig vroegen we om een nieuw ei. En weer was het ei zo zacht. De derde keer kreeg ze een ei dat hard was, maar van binnen koud. Waarschijnlijk al eerder gekookt, nu uit de koelkast gehaald en weer opgewarmd. We wilden het niet een vierde keer vragen dus we hadden het maar zo gelaten. 

Anyway, dat was het ei-verhaal, we kwamen hier voor de Bromo vulkaan. We werden ’s nachts om 03.00 uur opgehaald met een jeep, die ons bracht naar een uitzichtpunt waar we de zonsopgang konden zien. Het was nog een behoorlijk stuk rijden en we kwamen rond 04:00 uur aan bij het uitzichtpunt. Mega druk, super veel toeristen stonden hier al te wachten voor de zonsopgang die rond 05:00 zou beginnen. Helaas hebben we niets kunnen zien, omdat het zo verschrikkelijk mistig was. Nou fijn dachten we, zoveel moeite gedaan voor een beetje mist. We hebben nog een tijdje gewacht met de hoop dat de mist weg zou trekken, maar helaas. We moesten om 06:00 uur terug zijn bij de jeep en zijn vervolgens naar de Bromo vulkaan gereden. Hier konden we de vulkaan beklimmen en de krater bezichtigen. Het eerste gedeelte deden we te paard, het laatste gedeelte was een enorme trap wat we te voet moesten doen. Ondertussen kwam ons al een enorme ei-lucht tegemoet wat gigantisch op je luchtwegen sloeg: het zwavelzuur. Niet heel goed voor je gezondheid, dus we hielden onze sjaal en trui voor de mond om niet te veel in te ademen. Eenmaal bovenop de krater was het uitzicht fantastisch. De vulkaan was actief dus er kwam elke keer een grote wolk van zwavelrook uit. De weg terug deden we ook weer te paard. We hadden dit al geboekt bij de man van de tours, niet wetende dat het pony’s waren i.p.v. paarden. Het beeld van Bas op dit te kleine ‘paard’ was dan ook hilarisch. Het werd nog leuker toen het paard van Bas begon te huppelen. Bas begon zich steeds oncomfortabeler te voelen en vroeg zich af wat het paard aan het doen was. De man die zijn paard vast had was ondertussen aan het bellen en schonk niet veel aandacht aan het paard, noch Bas. Bas was er al bijna een keer afgevallen en begon nu toch echt bang te worden. Hij kwam erachter dat ‘Het leven van een cowboy misschien toch niet voor hem weggelegd was’, zoals hij zelf zei. Uiteindelijk heeft Bas de rit toch af kunnen maken, zonder eerder af te stappen, waar hij een paar keer mee gedreigd heeft. 

Aan het einde van de tour werden we afgezet op het treinstation waar we de trein hebben genomen naar Yogyakarta. Een treinrit van maar liefst 8 uur in een cabine waar een paar muisjes rondliepen (achja wij staan nergens meer van te kijken). Ook is Kim in de trein voor het eerst naar een sta-wc geweest, inderdaad niet de meest ideale situatie voor je debuut. Normaal probeert ze deze wc’s te mijden, door of op zoek te gaan naar een normale wc, of door het gewoonweg op de houden en te wachten op de eerst volgende normale wc. Maar met nog 8 uur reizen voor de boeg waren deze 2 tactieken helaas geen optie, achja reizen is ook je grenzen verleggen ;-) De volgende dag hebben we onze was gedaan (super goedkoop; IDR 30.000, €2,-, voor 9 kilo aan was) en hebben we een scooter gehuurd. We wilden de Prambanan tempel bezoeken, maar het bleef bij ‘wilden’. Het bezoeken van de tempel was zo duur en het verschil dat wij moesten betalen vergeleken met de locale mensen was zo groot, dat we niet zijn gegaan. Voor locale mensen was de entree IDR 30.000 p.p. (€2,-), voor ons maar liefst IDR 225.000 p.p. (€15,-)! Het lijkt niet veel geld, maar voor dit bedrag kun je gemakkelijk 2 nachten overnachten in een mooie kamer. Indonesië kan heel goedkoop zijn, maar met name bij de toeristische trekpleisters weten ze erg goed hoe ze geld kunnen verdienen. De volgende dag zijn we met de scooter naar de Borobudur gereden (onderweg kom je de gekste dingen tegen (zoals overal in Indonesië), maar dit sprong er wel uit: er reed namelijk een busje volgepropt met mensen, waarbij 3 personen op het trapje buiten stonden en letterlijk aan het busje hingen, op een weg waar ze 80 km per uur rijden). Deze tempel was nog duurder (IDR 250.000), maar hier wilden we erg graag heen. De Borobudur is namelijk de grootste Boeddhistische tempel ter wereld en wordt gezien als één van de 7 wereldwonderen. De tempel was dan ook prachtig en bijzonderder dan de meeste tempels die we hebben gezien.

3 Februari vlogen we van Yogyakarta naar Medan. We hadden al een hotel opgezocht via booking.com, maar we hadden de kamer gelukkig nog niet geboekt. Eenmaal aangekomen bleek dit een enorm vieze kamer te zijn (vochtige matras, vieze lucht etc.) en hadden we nog de kans om een ander hotel te zoeken. Al snel hadden we wat gevonden en lieten we ons er heenrijden met een motor met zijspan. Het bakje was niet al te groot (we konden niet eens met zijn tweeën naast elkaar op het bankje zitten) en met onze twee grote backpacktassen plus handtas was het zijspan bomvol geladen. Op de weg voor het hotel waren ze net bezig met asfalteren (bij ons wordt de weg dan afgezet of afgesloten, hier natuurlijk niet), maar onze chauffeur was zo ongeduldig dat hij dwars over de net geasfalteerde weg reed. Geen wonder dat de wegen hier zo slecht zijn, haha! Nadat we bij de oprit bijna met motor en zijspan om vielen (stijle helling waar we bijna niet tegen op kwamen) kwamen we aan hij het hotel. 

De volgende dag gingen we richting Bukit Lawang, waar we een jungle trekking wilden doen. We werden door iemand van het hotel afgezet bij het ‘busstation’. Hier werden we weer eens geconfronteerd met de hebzuchtige Indonesiers. Ze wilden ons IDR 100.000 p.p. laten betalen voor de busreis. We konden de prijs al snel verlagen naar IDR 50.000 p.p. Eenmaal in de bus zagen we de prijslijst, waarop stond dat de prijs voor de locals IDR 18.000 p.p. is, waarop we navraag deden hoe dit kon. Je zag de schrik in hun ogen. Nee die prijslijst die klopte niet en ze scheurden hem van de wand af. We voelden ons ‘genaaid’ en zowel wij als zei werden boos. Vooral de manier hoe ze ons toen behandelden zorgde ervoor dat we op zoek gingen naar een andere bus. Alleen… die was er niet. Eenmaal terug bij dezelfde bus spraken we met de buschauffeur. Hij zei, op een normale en rustige manier, dat we mee mochten voor IDR 25.000, wat we ook hebben gedaan. We willen best wat meer betalen dan de locals, omdat we nou eenmaal over meer geld beschikken, maar het moet wel redelijk blijven. Met heel veel dingen wordt je belazerd waar je bij staat, waardoor je de mensen in het algemeen niet meer gelooft, terwijl er heel veel mensen zijn die wel goede bedoelingen hebben. Eenmaal op weg werd de bus voller en voller, steeds meer mensen stapten in. Het was een busje voor 15 personen en op een gegeven moment waren we met 26 mensen, waarvan er 9 op het dak zaten!! De wegen werden er ook niet beter op (lees: hobbels en gaten) en de buschauffeur hield er niet bepaald rekening mee dat er 9 mensen op het dak zaten. Eenmaal aangekomen in Bukit Lawang bleek dat we nog ‘geluk’ hadden gehad, normaal gesproken vervoeren ze ook nog kippen in deze busjes waardoor je tussen de kippen had gezeten. Lucky us :-)

De volgende dag was het tijd voor ons grootste avontuur op Sumatra: de jungle trekking waarbij we orang oetans zouden spotten. Om 09.00 uur gingen we op pad de jungle in. We hadden onze eigen privé guide, Wisnu! Een super chille gast die van alles wist over de jungle en de orang oetans. Zo vertelde hij ons bijvoorbeeld het verschil tussen een ‘monkey’ en een ‘ape’: een ‘monkey heeft een staart, een ‘ape’ (zoals de orang oetan) niet, Al snel kwamen we de eerste orang oetan tegen, die Kim een banaantje heeft mogen geven. Echt fantastische beesten zijn het, geweldig om ze zo dicht bij te kunnen zien! De gehele tour hebben we maar liefst 12 orang oetans gezien, inclusief een aantal babies die echt té schattig zijn! Wij hebben een 1-daagse trekking gedaan en het bleek dat we erg veel geluk hebben gehad dat we zo veel orang oetans hebben gezien. De meeste mensen doen namelijk een 2-daagse trekking waarbij ze een nachtje doorbrengen in de jungle en zelfs dan spotten ze er soms minder. De laatste orang oetan die we hebben gezien was de beroemde Mina. Mina wordt zelfs genoemd in de Lonely Planet boeken en we hadden al verschillende verhalen over haar gehoord: ze kan soms erg boos en agressief worden. We waren met een aantal andere mensen aan het wachten omdat één van de guides Mina had gezien. Ze vertelden ons dat ze Mina naar onze plek zouden halen en dat ze op een boomstam bij ons zou gaan zitten. Wij geloofden het niet helemaal, sommige guides vertelden namelijk de hele tijd grapjes waardoor ze minder geloofwaardig overkwamen, en het feit dat ze Mina zouden ophalen en naar ons toe zouden brengen konden we ons ook niet voorstellen. 

Maar het was echt waar!! Daar kwam Mina de heuvel op gemarcheerd, en ze keek niet blij!! De groep raakte lichtelijk in paniek. Ze hadden ons verteld dat wanneer Mina naar je toe kwam je je tas moest geven, omdat ze altijd op zoek is naar voedsel. Kim was ook lichtelijk in paniek en gaf snel haar tas aan één van de guides om te voorkomen dat Mina naar haar toe zou komen. Gelukkig klom Mina als snel in een boom samen met haar baby. De guides voerden haar wat bananen en een suikerstok (Saccharum). De suikerstok was om wat tijd te kweken, je moet hier namelijk op sabbelen en met het kauwen kan het zijn dat je wat splinters tussen je tanden krijgt. Om dit tussen de tanden uit te krijgen is Mina wat langer bezig. Na de versnaperingen begon Mina in beweging te komen (lees: ze kwam op ons af). De guides begonnen lichtelijk in paniek te raken en wij denken altijd maar zo: wanneer de guides in paniek raken is het mis. Mina wilde nog meer eten en ze bleven doorvoeren. Wij moesten ondertussen elke keer wanneer Mina bewoog ook bewegen. Op een gegeven moment moesten we langs haar heen en weg van de plek. We gingen mee met een andere groep en onze guide bleef alleen achter met Mina. De held!! We liepen verder en verder tot we op een gegeven moment aankwamen bij de lunchplek van de andere groep. Hopelijk ver genoeg, want Mina schijnt mensen ook te achtervolgen. Het duurde een tijdje voordat onze guide er was, maar hij was gelukkig ongedeerd. Het begon ondertussen flink te regenen en onze guide wilde ons meenemen naar een ‘tent’ om te lunchen. Voordat we daar aankwamen waren we al zeiknat maar goed. We kregen nasi goreng met ei, pinda’s, komkommer en kroepoek. De lekkerste nasi goreng die we in heel Indonesië hebben gehad. Ook kregen we verse ananas en passiefruit, heerlijk. Ondertussen vertelde de guide zijn belevenissen met Mina. Hij had onze hele voorraad aan bananen gegeven, maar Mina wilde meer. Hij gaf Mina passiefruit, maar dat wilde ze niet, vervolgens een halve ananas maar ook dat sloeg ze af. Op een gegeven moment had hij geen andere keus dan om zijn eigen portie nasi goreng aan Mina te gegeven. Hij had er zelf ook snel wat van gegeten zei hij trots. Nadat de regen was gestopt vervolgden we onze tour. We gebruikten een soort van kabelbaan om de rivier over te steken totdat we aankwamen bij ons volgende avontuur: de tubes. In grote banden gingen we raftend de rivier af. Super cool. We waren toch al drijfnat, dus dat maakte ook niets meer uit. Onderweg zagen we de locals lopen die deze banden naar boven moesten brengen. Sommigen hadden maar liefst 5 van deze banden op hun hoofd, en het waren geen kleine bandjes!! Super zwaar werk. 

De volgende dag hebben we samen met onze guide de Bat Cave (vleermuizengrot) bezocht. Klimmend en onszelf wurmend door allerlei gaten en spleten van de rotsen. Opmerkelijk hoe het kan; in Nederland zou een dergelijk tour nooit kunnen i.v.m. de veiligheid. De rest van de dag hebben we rustig aan gedaan. De volgende dag waren we uitgenodigd bij de eigenaar van de Jungle Trek Tour. Hij nam ons mee naar zijn huis waar we gezellig met zijn vrouw en kind een kokosnoot drankje hebben gedronken. Ook heeft hij ons een rondleiding gegeven in de omgeving rond zijn huis. Fantastisch hoe gastvrij sommige mensen kunnen zijn. Erg leuk! Die avond zijn we met hem, onze guide Wisnu en een aantal andere locals naar een kroeg geweest met live muziek, waar we een aantal Bintangs (lokaal bier) hebben gedronken. We kwamen 02.00 uur ’s nachts thuis, dus het was erg gezellig. De volgende dag was het tijd om weer richtig Medan te gaan. We hadden nog één dagje in Medan en vlogen 10 februari via Kuala Lumpur naar de Filipijnen. Een nieuw land met hopelijk weer allerlei nieuwe, mooie avonturen.

Ons plan is om 2 weken door te brengen in de Filipijnen (hier zijn we nu) en 1 week in Cambodja. 8 Maart willen we in Bangkok zijn, omdat Niek hier dan is en we samen met hem door Thailand zullen trekken (Wij kunnen niet wachten :-) Vervolgens staan nog Vietnam en Laos op ons programma, waarbij we in Vietnam als het goed is Theo en Sabine zullen ontmoeten. Daarna zal er toch echt een keer een einde moeten komen aan onze fantastische reis..

De tijd vliegt voorbij en voor jullie het weten zijn we weer in Nederland. Voor nu blijven we genieten van alles wat we mee maken.

Jullie horen weer van ons!

We missen jullie!

Dikke kus

Bas & Kim

 

P.S. De foto's zijn te vinden in de map Indonesia

 

 

 

 

 

 

Foto’s

6 Reacties

  1. Ingrid en Gert:
    16 februari 2015
    Wowwwwwwwww wat hebben jullie -vooral Kim ;) - weer een geweldig mooi verhaal geschreven van al jullie belevenissen op jullie fantastische wereldreis!
    Het was zeker heel fijn en bijzonder dat we jullie hebben kunnen opzoeken en een beetje hebben kunnen proeven hoe jullie rondreizen. Het was gezellig en een fantastische vakantie samen met jullie!
    De foto's zijn weer groots en geweldig mooi en leuk om te zien.
    Geniet nog lekker samen straks met Niek en met Sabine en Theo en we zijn wel weer begonnen met aftellen hoor .....
    Dikke kus en knuffel
    Mama Ingrid
  2. Henk Ruiterkamp:
    16 februari 2015
    Mooie verhalen en hele mooie foto's. Vooral over Bali veel bekende dingen.
  3. Ingrid en Gert:
    17 februari 2015
    Mooi verhaaltje, kim en bas!! Mien ogen tollen ervan. Fantastisch wat jullie allemaal beleven. Geniet er nog even van en dan...... Zien wij elkaar eindelijk weer! Groetjes en kusjes pagert
  4. Paula:
    18 februari 2015
    He lieffies,

    Super verhaal weer! Heel veel dingen klinken bekend in mijn oren, geweldig!!
    En wat kun jij leuk schrijven zussie! Je moet een boek gaan schrijven;p.
    Geniet maar lekker van de laatste maandjes... en dan hebben wij ook heel veel zin om jullie te mogen knuffelen!! (pap en ik haha). Ik ben echt suuuuuuuper blij met me armband, wat een kado (L)(L).

    Dikke kus en veel plezier nog,

    XXXXXXXXXXXXXXXXPAULA


    “The world is a book and those who do not travel read only one page.”
    ― Augustine of Hippo
  5. Marian & Bennie:
    24 februari 2015
    Hallo Toppers, wat een story! Wij zijn inmiddels in contact met Eyeworks Movies voor een verfilming! Wordt een echte hit met kans op een Grammy! Past ook goed bij jullie en jullie waanzinnig mooi avontuur. Zet net even een plaatje op van de Rolling Stones..... Miss You! Tot heel gauwwwww..!!!!!
  6. Jannie & Cor van der Wal:
    26 maart 2015
    Hallo Kim & Bas.

    Wij wensen jullie een hele goede terugreis en tot ziens in Wijhe.
    Groetjes Jannie & Cor van der Wal